Monthly Archives: April 2012

la voce “Piscina” del mio “Dizionario affettivo della lingua ebraica” tradotta in nederlandese

 ZWEMBAD       [1]בריכה

traduzione di Angela Federica Ruspini sotto la supervisione della professoressa Magda Talamini della Fondazione Milano

In Marathon Man rent Dustin Hoffmann rond het Reservoir, in Central Park hard, omdat hij in een arme wijk niet ver daarvandaan woont en moet trainen. Hij is klein, een jongen van bescheiden afmetingen en de buren houden hem voor de gek. Als hij van zijn trainingen terugkomt, schreeuwen ze dingen naar hem in het Spaans, en hij antwoordt niet, hij buigt zijn hoofd en gaat weer naar huis, omdat zij een bende zijn en hij alleen is. Maar wat schreeuwen ze hem toe? In de ondertitels verschijnen hun woorden niet, er staat alleen mutter in Spanish. (Ja, want de Amerikanen die naar de film zonder ondertitels kijken, kennen of het Spaans of horen een mutter in Spanish, net als ik. Het is het principe van functionele vertaling dat stelt dat als ik het niet begrijp, pech gehad.) Misschien schreeuwen ze kneus naar hem.

Babe, wat de bijnaam van het personage Thomas Levy is, moet trainen. Omdat hij een hardloper is, en aan een wedstrijd moet deelnemen. Maar is hij geen promovendus in hedendaagse geschiedenis? Ja, en zijn vader die, vervolgd door de aanhangers van het Mccarthyisme, zelfmoord had gepleegd was een bekend historicus. Hij weet niet dat hij in zijn wedstrijd alleen tegen alle nazi’s is, waaronder een Amerikaan met uitstekende jukbeenderen, die, als hij naar Parijs gaat, zich opdrukt door zijn voeten op de rand van het bed te steunen om nog meer moeite te doen, en hij weet niet dat dit man een vriend van zijn broer is, of tenminste dit is wat we denken, maar dan blijkt dat hij door dokter Christian Szell ingehuurd is.

Ook ik ren ‘s morgens rond mijn Reservoir, het Procida zwembad. Ik heb geen stopwatch, toch ontmoet ook ik soms iemand die mij pest omdat hij sneller rent dan ik. Ik ben niet eens in Central Park, maar in Parco Sempione in Milaan, maar uiteindelijk doe je wat je kunt. Ook ik moet voor de Wedstrijd trainen.

Ik moet altijd voorbereid zijn op elke mogelijke omstandigheid, op elke eventualiteit. Terwijl ik leef, denk ik altijd aan de bijzondere uitkomsten van de dingen die ik aan het doen ben. Als ik de straat oversteek, denk ik aan wat er kan gebeuren als ik struikel en val en aangereden word door een auto die geen tijd heeft om te remmen. En daarna denk ik aan wat de mensen zouden denken die mij of mijn stoffelijk overschot hulp bieden. Ik kan niet leven zonder voortdurend te denken aan alles wat er zou kunnen gebeuren als wat gebeurt niet zou gebeuren.



[1] Breikhàh [noot van de vertaler]